'Volgende zomer weer in de Staatsliedenbuurt!'


Op tien september beleeft de Staatsliedenbuurt de wereldprimeur van een aria uit de Aïda. Dezelfde die met kerst gezongen zal worden in het Südthüringisches Staatstheater van Meiningen in de voormalige DDR. De jugendliche dramatisch sopraan, die haar zal zingen, heet Wiebke Goetjes. Onze Wiebke? Ja. Ze gaat ons dus verlaten? Ja en nee. Hoe dat dan precies zit? Wiebke legt het haarfijn uit met haar gebroken enkel op een kussen.

'Ik denk dat het zo moest zijn. Tot ik hier in huis op de trap mijn enkel over twee treetjes brak, had ik The Phantom of the Opera zeshonderd keer gezongen en gedanst. M'n nieuwe contract zou op 1 oktober in moeten gaan. Maar het gips gaat er pas op 19 september af en ik zie niet hoe ik twee weken daarna weer zou kunnen dansen. The Phantom is voorbij.'

'Nou doe ik die musical graag, al was het alleen maar om mijn studieschulden te betalen, maar ik ben natuurlijk operazangeres. Ik heb dan ook direct voorgezongen toen ik hoorde dat Carl Denker de Italiaanse Opera in Amsterdam, de IOPA, in de Westergasfabriek wilde beginnen. Maar het type en de kleur van mijn stem paste niet in het plaatje van IOPA. Dat werd dan ook niks.'

'Nou heb ik al lang een Duitse vriend die een operareisbureau heeft en me altijd heeft 'gefördert' zoals ze dat daar zeggen, gesteund. Bij zijn reizen naar het Südthüringisches Staatstheater van Meiningen in de voormalige DDR stelde de jugendliche dramatische sopraan daar hem teleur. Hij heeft toen een vriendelijke brief geschreven, een brief van een goeie klant zal ik maar zeggen, dat het jammer was dat de partijen zo slecht bezet waren en dat hij nog wel iemand kende die het beter kon. Als ze geïnteresseerd waren, konden ze zich melden. Binnen een week stonden ze op mijn antwoordapparaat. Twee weken later zong ik voor en met een contract op zak om het komende jaar Verdi's Aïda, Wagners Tannhäuser en Schuberts Graf Von Gleichen te zingen ging ik naar huis. Nu is Maininger een kleine stad maar het operahuis heeft een grote traditie. Wagner heeft er zelf de eerste Tannhäuser gedirigeerd, dus ik vind het wel leuk dat ik die daar mag zingen. En die opera van Schubert is pas kort geleden boven water gekomen. Het enige dat ik ervan weet is dat hij in de negentiende eeuw niet kon worden uitgevoerd omdat hij eindigt in bigamie en dat kon toen niet. Kennelijk was iedereen hem vergeten en zing ik dus mee in de wereldpremière. Kortom, ik tekende het contract. Wat ik natuurlijk nooit had kunnen doen als ik verplichtingen bij de Phantom of IOPA had gehad. Het lot is me goed gezind geweest.'

'In Nederland is opera kunst met een grote K geworden. Een Nederlandse zanger in de Stopera is een uitzondering. En ik heb veel tegen. Ik ben een jugendliche dramatische sopraan met een groot volume, vooral ook in de hoge registers. Moet je maar geen musical doen, hoor je de zogenaamde kenners denken. En daar achteraan dat je je talenten ook niet moet vergooien op een pleintje in de Staatsliedenbuurt. Onzin. Flauwekul. Als je maar overal even goed zingt, dan bijt niets elkaar. Ik heb dit jaar een paar keer in het Concertgebouw gestaan. Nee, het omgekeerde is waar. Opera is voor het volk. Dat zei Caruzzo al. Ik ben er trots op dat ik in de buurt én in de concertzaal zing en ik ben blij dat ze dat in Duitsland ook vinden. Trouwens, het is vaak zo dat je eerst een paar jaar in het buitenland moet zingen voordat je in eigen land erkenning krijgt. Dat was vroeger zo en dat is eigenlijk niet veranderd. Als alles goed gaat, kom ik ooit met een schat aan ervaring terug.'

'Het is nu de derde keer dat ik in de buurt zal zingen. Met het Utrechtse Operakoor, een koor van amateurs met de kwaliteit van professionals, zullen we het IJzeren Repertoire zingen zoals Pietje Bos van het programma Opera Pietje op Radio Noord-Holland het noemt. We, dat zijn de solisten Antonio Lionell, Julian Hartman en ik. Ja, schrijf maar dat de mensen hun stem vast een beetje trainen want er zal moeten worden meegezongen. Opera Pietje heeft het Slavenkoor fonetisch uitgeschreven en reken maar dat de mensen uit hun bol gaan als hij dat presenteert zoals hij alleen dat kan.'

'Ik zal die avond wat uit de Aïda zingen en beschouw dat als een try-out voor Meiningen. Opera Pietje wil ook dat ik Norina uit Don Pasquale zing. Het is een partij voor een colloratuursopraan en dat ben ik niet maar, OK, voor de buurt doe ik het dan nog één keer. En het ergste is, ik ken mezelf maar al te goed, ik ga er altijd bij lopen. Het publiek in. Dat hou ik niet tegen. Maar kan dat wel met die houten poot?'

'Ja, en dan eind oktober naar Duitsland. Nee, daar zal ik wel veel maar niet alle tijd zitten. Ik hoop toch iedere maand hier wel een week in de buurt te kunnen zijn. Bovendien wordt er rond de kerst een busreis naar Meiningen georganiseerd voor mijn Amsterdamse fans. Ik hou niet van het kerstfeest maar dit jaar zal het schitterend zijn. Eén première in Duitsland op 22 december, één op 26 en al mijn vrienden op bezoek. Fantastisch.'

'En natuurlijk sta ik, als het even kan, volgende zomer weer in de Staatsliedenbuurt!'


<<<

Beeld * Tekst * Uitleg * Leven * Thuis

© fred dijs, In beeld, tekst en uitleg, 1996