Menswonder even naar als godswonder Beeld * Tekst * Uitleg * Leven * Thuis
Foto Taco Anema 11 K

De wetenschap en de techniek brachten de man van Europa steeds verder over de wereld, steeds hoger in de lucht en steeds dieper onder de aarde. De daarvoor benodigde dingen zijn, naar behoefte, zeer groot —voor de allerkleinste deeltjes— of klein —voor Mars— gemaakt. Aan ‘verder’ kwam een eind want achter de horizon bleken we onszelf weer aan te treffen, van ‘hoger, dieper, groter en kleiner’ is het eind nog zoek. We noemen dit vooruitgang en moeten steeds meer woorden gebruiken om er het fijne van uit te leggen en te bezingen. Het stapje is nog wel duidelijk, —van aardolie naar kunststof, van zand naar chip— maar hoe de computer op mijn bureau en de televisie in mijn kamer zijn beland en het daar doen, kan niemand mij vertellen. Het is één van mijn dromen om ooit eens een boek(enserie) te zien of te laten verschijnen waarin precies staat wie wat aan mijn televisie heeft gedaan en hoe. Pas daarna kunnen technici met recht de woorden van hun held Stevin nazeggen ‘wonder en is gheen wonder’. Maar het valt zeer te vrezen dat ‘droom whel droom is’. En voor eeuwig droom zal blijven. Kon Simon Stevin van Brugge bij mij televisie komen kijken, hij zou het beamen.

Onze wereld is vergeven van wonderen, niet van de goden maar van de mensen, niet die van de metafysica maar die van de fysica. Toch geloof ik er daarom zeker niet sterker in. Wonderen van de mens zijn even naar als godswonderen. Een mens kan ze niet maken. Je kunt ze niet meer repareren. Je kunt ze niet meer bouwen. Werkbank en gereedschap op zolder gaan ervan roesten, spieren van de arm verslappen, handen worden niet meer vuil, de geest wordt luier en luier. Aan een wonder valt immers niets te doen of te begrijpen.

Gelukkig vallen veel mensen als een blok voor de wonderen. Zo komen bij het oud vuil veel uitkomsten van techniek die gheen wonder zijn te noemen. Wagens zonder elektronika, mechanische schrijfmachines, alsook foto- en filmcamera’s, geklonken stalen scheepjes met een dieselmotor die op een melkmachine stond en door de boer moest worden aangezwengeld, drukpersen. Die dingen krijg je voor niks. Die kan een mens wél maken. Het gereedschap kan weer van zolder, onder de vingernagels komen weer rouwranden en de luie geest zal weer moeten worden opgefrist. Wonderen blijken die dingen niet te zijn maar een ziel hebben ze wel. Ze praten terug, ze laten niet alles zomaar met zich doen maar doen alles voor je als je met zachte en ferme hand doet wat ze vragen. Zo kwam de jeepney in Filippijnse straten, de vlet in A’damse grachten, ofwel schoonheid in de wereld. En daar lust ik wel pap van.

Dat, na de voorlaatste stukjes over taal en mensen, omtrent de dingen. U, technici, gaat, veelal in het diepste geheim, steeds hoger en steeds dieper, steeds kleiner of steeds groter. En ik raap op wat u achterlaat om er in alle openheid weer iets bruikbaars van te maken. Uw lange woorden zal ik mondjesmaat tot mij nemen, mijn korte zult u hier niet meer treffen.

Ik ga nu over CAT (zie pet) schrijven, voor u de afkorting van Caterpillar, voor mij die van Civil Air Transport, een mantelorganisatie van de CIA. Ons laatste misverstand.

Beeld * Tekst * Uitleg * Leven * Thuis
<<< >>>
© fred dijs, In beeld, tekst en uitleg, 2009