De experts zijn de ramp.
Dat is helaas gods wil.
Beeld * Tekst * Uitleg * Leven * Thuis
Foto Taco Anema 11 K

Deze column werd door de toenmalig hoofdredacteur van het Technisch Weekblad geweigerd. Want te weinig respect voor de slachtoffers van de vuurwerkramp in Enschede.

De column verscheen wel op deze site.

Na deze weigering heb ik besloten met deze columns te stoppen, met een kleine serie van drie samenhangende stukjes.

Toen ‘de ingenieur’ —een vriend die we zo noemen omdat hij ondanks een studie in Delft zo verdomd onhandig is, niet in het minst met vrouwen— vandaag in de spreekkamer een kwartier lang zwijgend voor zich uit had zitten staren, vroeg zijn psychiater hem: 
‘U zwijgt. Wat kunt u niet zeggen?’
‘Weet u, die ramp is helemaal geen ramp. De verkrachting van Nanking door de Jappen in december 1937, 300.000 doden in anderhalve maand, de atoombom van de Yankees op Hiroshima in augustus 1945, 100.000 doden op één dag, de watersnood van februari 1953, een kleine 2000 doden in één nacht, dat zijn verschrikkingen. Maar die ontploffing van die paar rotjes in Enschede? Een mooi ongelukje op een zonnige zaterdagmiddag dat verdomd goed is afgelopen. Het gemekker van onze leiders en meningleiders is een schande. Ze kennen de geschiedenis niet. Ze schofferen overlevenden van echte rampen.’
‘Gaat u toch door.’
‘Het ergste is nog dat de affaire een onderonsje is van experts. Van mijn mensen. Eerst bouwen we een woonwijk om een vuurwerkfabriek heen en parkeren er werklozen, kleine zelfstandigen, buitenlanders en kunstenaars. Dan gebruiken we een wildeman bij de landmacht voor het aanpassen van de nodige vergunningen. Dan doen we wat dingen die het daglicht niet kunnen velen. En als het zaakje ontploft, zetten we het terrein af voor onderzoek.’
‘Gaat u door.’
‘We verbieden de mensen om op hun puinhopen uit te huilen en te krijsen om hun vermiste opa, oma, oom, tante, ega of kind. We zouden eens van een ander horen wie wordt vermist. Nee, dat doen we met sondes, databases, honden en andere apparaten. In afzondering en in uniform. Wij gooien de lievelingsbeer van de Enschedese kinderen wel even weg. Wij lopen op onze laarzen wel even over de foto’s van de eerste zoen van de Enschedese vaders en moeders. Met alle plezier. Voor hun eigen bestwil.’
‘Gaat u ...’
‘En dan de sneren naar de moslims in de wijk die in gods wil berusten. Er moeten oorzaken zijn. Schuldigen. Aan te wijzen door dezelfde deskundigen die de ramp zijn. Door ons. Er is niets aan te doen. Gods wil. Maar god, wat zou ik graag eens wat vuurwerk onder onze eigen reet afsteken.’
‘Uw tijd is nú om, meneer.’
Beeld * Tekst * Uitleg * Leven * Thuis
<<< >>>
© fred dijs, In beeld, tekst en uitleg, 2009