Opa’s droom | Beeld * Tekst * Uitleg * Leven * Thuis |
![]() |
Voorlopig is een tweede Golfoorlog van de baan. Dankzij de Verenigde
Naties, naar het lijkt. Even wat cijfers. Shell opereerde in 1996 in een
dikke honderd landen, de Verenigde Naties in 185. Shell had een dikke honderdduizend
werknemers, de Verenigde Naties 53.000. Aan de Verenigde Naties droegen
de lidstaten 2,2 miljard gulden bij, van Shell kochten de klanten voor
343 miljard gulden. De Verenigde Naties maakten geen winst, Shell zeventien
miljard. Het stond in januari in Move your world, een uitgave van
Buitenlandse Zaken.
Mijn opa had een droom. Van de ziekte, armoe en ellende van de Eerste Wereldoorlog en de crisisjaren moest op zijn minst één van zijn kinderen verschoond blijven. Opa had Schwanebergers Briefmarken-Album voor alle landen van de wereld. Vijftienhonderd afbeeldingen waren er al in voorgedrukt zodat opa ook zonder postzegels kon wegdromen. Europa und Kolonien. Niederlande, Niederländische Kolonien. Selbständiges Ausland. Verder verzamelde opa uit de Wereldbibliotheek van de Maatschappij tot verspreiding van Goede en Goedkope Lectuur N.V. de populair-wetenschappelijke boekjes en had hij op zijn revers een speldje met een gebroken geweertje. De Nederlandse wetenschap won in opa’s tijd vele Nobelprijzen, zelfs één voor de vrede. Vandaar. Verder ging opa graag even naar het IJ om naar het nieuwe laboratorium van de Koninklijke Olie te kijken. Daar bedreven mannen de wetenschap uit zijn boekjes. De resultaten pasten ze toe in de landen uit zijn postzegelalbum. Dat zou vrede en welvaart brengen. Mijn vader maakte zijn vaders droom waar. Hij promoveerde in Delft, ging aan het IJ werken, vertrok naar verre landen en kwam welvarend terug. In één van de landen kwam ik in mijn vaders leven. In het vreemde Holland in dat van mijn opa. Als hij vroeg wat ik wilde worden, zei ik: ‘Directeur van de Koninklijke Olie, opa.’ We wisten allebei dat ik loog. Opa’s droom was in de Tweede Wereldoorlog al vervlogen. En in mijn verre land stond om alles van de Koninklijke Olie een muur met glasscherven erop. Buiten de muur woonden ontelbaar veel arme, magere, bruine mensen op het afval van de fabriek. Mannen met geweren bewaakten de poort. Dat was niet genoeg om een vliegtuig tegen te houden. Het gooide bommen. Toen kwam er een schip met een rood kruis dat zoveel mogelijk witte mensen meenam. De Koninklijke Olie voerde een oorlog. En verloor. Nu is opa dood en ben ik groot. De waarheid is schrijnender dan de kinderlijke verbeelding. De CIA steunde in Indonesië in 1958 opstandige Indonesische militairen met groot materiaal in de hoop Sukarno uit de weg te kunnen ruimen. Oliemaatschappijen droegen hun belastingen aan die militairen af. De inlichtingendiensten van alle betrokken landen, inclusief Nederland, waren van de operatie op de hoogte. De direct betrokkenen van overheden en bedrijven handelden in het geheim en brachten daarom hun onderdanen en werknemers niet vooraf in veiligheid. De Verenigde Naties deden dat nu in Bagdad wel met het personeel. Het is een doorzichtige en fatsoenlijke organisatie. Maar wel één van ‘buiten de muur met glasscherven’ waar niets gebeurt zonder medeweten en instemming van ‘binnen de muur’. Dankzij de V.N. zijn de levens van honderdduizenden onschuldige mensen voorlopig gered. En, naar ik sterk vermoed, de miljardenbelangen van de oliemaatschappijen. |
Beeld * Tekst * Uitleg * Leven * Thuis | |
<<< | >>> |
© fred dijs, In beeld, tekst en uitleg, 2009 |