Nieuw-Holland


Watermans wegen zijn ondoorgrondelijk. Op niet te voorspellen momenten halen zijn daden de voorpagina1s van de kranten maar hij blijft zelf onzichtbaar. Wie hem kent, weet dat hij zich over de hele wereld beweegt. Wie hem goed kent, weet ook dat hij daarbij maar één bestemming heeft, het raakvlak van stad en zee, en daar maar één doel nastreeft, de harde scheiding tussen die twee landschapstypen zachter maken.

Er zijn nogal wat plekken in de wereld waar stad en zee elkaar raken. Het is uitzonderlijk als een stad wereldstad is en niet aan zee ligt. Mexicostad bijvoorbeeld. De regel is dat wereldsteden aan zee liggen. De Randstad bijvoorbeeld. Waterman kent de wereldsteden aan de wereldzeeën op zijn duimpje maar wat we van hem en de wereldsteden te horen krijgen beperkt zich doorgaans tot ons eigen land: het plan-Waterman voor landaanwinning tussen Hoek van Holland en Scheveningen.

Er zullen weinig mensen in Nederland zijn, en zeker geen ingenieurs, bij wie geen rood lichtje gaat branden als het plan-Waterman ter tafel komt. Het spreekt zeer tot de verbeelding. Een meer leegpompen en op de bodem huizen bouwen, dat snapt iedereen. In een heel groot binnenmeer een ringdijk leggen en dan de binnenkant leegpompen, dat is meer van hetzelfde. Maar land winnen in die Îmoeder van alle moeders1, die plas water zonder eind, dat onbetrouwbare loeder, die weg naar andere continenten, kortom, de zee, dat is andere koek.

Waterman heeft uitgesproken ideeën over hoe de landwinning uitgevoerd dient te worden en waartoe dat gebeurt. ÎBouwen met de natuur1 en Înaar een integraal kustbeleid1 zijn daarbij de sleutelwoorden. Het eerste betekent dat er niet een harde scheiding tussen water en land moet worden nagestreefd maar een beweeglijke die in dynamisch evenwicht met de zee is. In Nederland gaat het daarbij om duinen en strand. Het tweede betekent dat met de landwinning een veelvoud aan doelen moet zijn gediend, van de ontwikkeling van natuur tot economische ontwikkeling.

Wonderlijk genoeg is Waterman geen revolutionair. Integendeel. Hij kent de geschiedenis van Nederlands kust als geen ander en wil met zijn plan een verdwenen situatie uit 1530 - Waterman is een pietje precies - herstellen. Wat hij de Îbolle1 kustlijn van de Delftlandse hoofden noemt moet weer een Îholle1 worden en dat kan door de natuur een handje te helpen door bij Hoek van Holland zand in zee te gooien waardoor duinen in de ÎLaan van Meerdervoort-richting1 zouden kunnen ontstaan. De kustverdediging zou erop vooruit gaan en in de drieduizend hectare landwinst kunnen allerlei problemen van het achterland, vooral woningnood en gebrek aan natuur en recreatiemogelijkheden, worden opgelost.

Tientallen jaren loopt Waterman nu met zijn idee rond. Een buitenstaander zou kunnen concluderen dat hij het kennelijk aan de straatstenen niet kwijt raakt. Zo is het niet. Waterman beschouwt de verwerkelijking van zijn idee als een belangrijk proces dat al zijn aandacht nodig heeft. Hij laat dan ook niets aan zijn aandacht ontglippen. In al die jaren heeft hij met iedereen die door zijn plan geraakt wordt van gedachten gewisseld, van de uitbater van de strandtent bij het eindpunt van lijn 12 tot de koningin. Hij legt precies uit waar het hem om te doen is en luistert al even precies naar zijn gesprekspartners. Niets ontgaat hem en alles van waarde wordt in het plan verwerkt. Het enige waar Waterman niet van houdt is dat er buiten hem om over zijn plan wordt gesproken. Hij mijdt de pers. Stille diplomatie heeft zijn voorkeur.

Drie jaar geleden gaf hij zijn plan niettemin uit handen. Het was rijp, het mocht geoogst worden. Een stichting met de naam Nieuw-Holland kondigde aan dat Îde publieke en private sector samen een stap richting kustuitbreiding1 zouden zetten. Even stond het plan weer volop in de belangstelling maar dat duurde niet lang. Het is een enorme onderneming waar het makkelijker naar kijken is dan aankomen.

Toch is er sindsdien in betrekkelijke stilte veel gebeurd. Het belangrijkste is dat de provincie Zuid-Holland en de ministeries van Verkeer en Waterstaat en van VROM een stuurgroep de opdracht hebben gegeven over het plan te rapporteren. Daarmee is de discussie openbaar geworden en staat het plan op de politieke agenda. Dat is geweldig. Nu kan de droom van een eenling uitgroeien tot een nationale onderneming waar Îwij1 trots op zullen zijn en Îzij1 met bewondering naar zullen kijken.

Wel zie je nu al dat tussen Watermans droom en de nationale verwerkelijking ervan grote verschillen zullen ontstaan. De bolle kustlijn wordt misschien wel hol maar met een niet gedroomde knik bij Scheveningen. Verder is de richting van de Scheveningse boulevard in het huidige plan demonstratiever aanwezig dan de Laan van Meerdervoort-richting in de droom.

Als je weet dat er bureauladen zijn met ideeën voor een bandijk voor de hele Nederlandse kust, ideeën die bij het klassiek, harde denken over kustverdediging horen en niet bij het zachte van mensen als Waterman, dan zie je de uitbreidingsmogelijkheden van het huidige plan: stapsgewijs naar Den Helder.

Maar dat is een kwestie van eeuwen en koffiedik kijken. Zeker is dat de kans dat Waterman bij zijn leven meemaakt dat zijn droom verwerkelijkt wordt nu erg groot is geworden.


<<<

Beeld * Tekst * Uitleg * Leven * Thuis

© fred dijs, In beeld, tekst en uitleg, 1996